Jaarverslag 2018

Jaarverslag 2018

Het jaarverslag geeft een zicht op de werking van de AUVB in 2018. Een jaar waarin de AUVB is blijven ijveren, dankzij haar leden, voor een kwaliteitsvolle praktijkbeoefening en welzijn op het werk. Door consequent vast te houden aan onze standpunten en waarden, hebben we kunnen wegen op de besluitvorming en op de publieke opinie rond het beroep en rond verpleegkunde. U kunt hieronder het jaarverslag 2018 nalezen.

Jaarverslag AUVB-UGIB-AKVB 2018.pdf


De "witte hemden"

De “witte hemden”

Geachte Mevrouw, Geachte Heer,

Vorige weken vonden er een aantal acties plaats binnen een aantal Brusselse Ziekenhuizen ( netwerk van de IRIS-ziekenhuizen)., dinsdagen van de ’witte hemden’. We kregen eveneens melding van een stakingsaanvraag die zou gepland worden voor eind juni binnen de ziekenhuizen van de Regio Brussel-Halle-Vilvoorde.

Enkele leden hebben ons gevraagd welk standpunt we innemen tegenover deze acties.

In antwoord hierop besliste te AUVB om de argumentatie te herhalen die we in ons politiek memorandum hebben geformuleerd. Deze punten werden ook doorgegeven aan de verschillende voorzitters van de politieke partijen, net voor de verkiezingen.

Prioriteiten op het niveau van de Federale regering

Kwaliteitszorg voor de zorgvrager verhogen door de werkdruk en werkstress te verminderen voor verpleegkundigen. Dit kan door de belasting in functie van het aantal patiënten per verpleegkundige per shift naar beneden te herzien en dit tot het Europees gemiddelde. Concreet betekent dit het herleiden van de werkdruk van 11 patiënten naar 8 patiënten. Dit impliceert een groeipad met bijkomende werkkrachten, taakuitzuivering, minder administratieve opdrachten, afbouw van overbodige zorg, enz.

Verpleegkundigen vormen de grootste beroepsgroep. De vertegenwoordiging van de verpleegkundigen in de officiële adviesorganen zowel op federaal vlak als in de instellingen moet hiermee congruent zijn. Deze betrokkenheid van de verpleegkundigen kan worden bevestigd door het garanderen van een reële en evenwichtige vertegenwoordiging van het beroep van verpleegkundigen in de besluitprocessen die hen aanbelangen en meer algemeen bij de bepalingen die te maken hebben met de gezondheidsinstellingen. (FRZV, RIZIV-overeenkomstencommissies, ziekenhuisnetwerken, IFIC, …). Verder dient er ook een voldoende en recurrente financiering opgezet voor de koepelorganisatie van de verpleegkundigen, waarbij ook incentives dienen voorgesteld om lidmaatschap van verpleegkundigen bij beroepsorganisaties te promoten.

Het toekennen van slechts één beroepstitel als verpleegkundige, namelijk deze van “verpleegkundige verantwoordelijk voor algemene zorg” en dit op bachelor-niveau (kwalificatieniveau 6) met een Euroconforme opleiding van 4 jaar. De kwaliteit van de verpleegkundige opleiding dient de Europese titel te behalen om zo kwalitatieve zorgverlening mogelijk te maken, om toekomstige ontwikkelingen van het beroep mogelijk te maken en om het imago van het beroep te bevorderen.

Prioriteiten op het niveau van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen 

Voor elke zorgvrager dient het duidelijk te zijn welke zorgverlener zorgen toedient. Dit betekent een erkend beroepsprofiel en opleidingsprofiel voor elk kwalificatieniveau. (niveau 3 tot niveau 7) met duidelijk onderscheiden verantwoordelijkheden en activiteiten.
Dit kan door:

  • het model verpleegkundige functies uitgewerkt door de Federale Raad Verpleegkunde op te volgen
  • en de opleiding af te stemmen op de beroepsprofielen die zijn opgemaakt door de Federale Raad voor Verpleegkunde.

Dit resulteert in:

  • duidelijke toekomstgerichte verpleegkundige taakomschrijvingen (met inhoud en mogelijkheden die het beroep biedt)
  • binnen de verschillende werkdomeinen (bv. preventie)
  • rekening houdend met de digitalisering van het werkveld
  • en veilige en kwaliteitsvolle taakuitzuivering (met delegatie, verpleegkundige diagnose, subsidiariteit, enz.).

Acties voor het bekomen van voldoende en meer verpleegkundigen om goede kwalitatieve patiëntenzorg te verlenen. Dit houdt ook in dat er een verschuiving plaats dient te vinden van de perceptie van het beroep van verpleegkunde van een kostenpost naar een beroepsbeoefenaar die een wezenlijke meerwaarde levert aan zowel geestelijke gezondheidszorg als aan fysieke gezondheidszorg die samen zorgen voor een verhoging van het maatschappelijk welzijn.
Om deze meerwaarde te garanderen dient het visum voor het uitoefenen van het beroep van verpleegkundige borg te staan voor ‘een licence to practice,’ voor een euroconforme opleiding met accreditatie, voor het leveren van EBP en kwalitatieve zorg, voor het kunnen volgen van specialisaties en op levenslang leren met financiele ondersteuning en vervanging op de werkvloer.

Het bereiken van een goede werk-life balans voor verpleegkundigen. Dit betekent:

  • mogelijkheden en financiële middelen voor een correcte verloning waarbij ook de thuiszorg in de nabije toekomst aan belang wint en gewaardeerd wordt door uitbreiding van de nomenclatuur;
  • flexibele werkorganisatie voor verpleegkundigen
  • een voldoende vertegenwoordiging in het werkveld door verpleegkundigen waardoor kwaliteitsvolle zorg wordt gegarandeerd en waardoor zowel de werkdruk en de hieraan gerelateerde werkstress evenredig vermindert. Zowel de zorgvrager als de collega’s zorgverleners hebben hier baat bij.

We hopen dat deze prioriteiten kunnen helpen om de argumentatie voor de acties te verwoorden.

 

Het Coordinatieteam van de AUVB-UGIB-AKVB


De Algemene Unie van Verpleegkundigen van België stapt naar de Raad van State

De Algemene Unie van Verpleegkundigen van België stapt naar de Raad van State

De Algemene Unie van Verpleegkundigen van België (AUVB-UGIB-AKVB) heeft een verzoek tot nietigverklaring ingediend bij de Raad van State van het Koninklijk Besluit van 27 februari 2019 tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 12 januari 2006 dat de verpleegkundige activiteiten vastlegt die de zorgkundigen mogen uitvoeren en de voorwaarden waaronder de zorgkundigen deze handelingen mogen stellen. Het KB verscheen op 18 maart 2019 in het Belgisch Staatsblad en treedt in werking op 1 september 2019.

Met de maatregel op zich is niks mis. In de groeiende zorgsector is alle hulp welkom. Door het takenpakket van de zorgkundigen uit te breiden, komt er voor de verpleegkundigen tijd en ruimte om hun meer gespecialiseerde kennis in te zetten voor de patiënt. Maar de uitwerking schiet tekort. De AUVB-UGIB-AKVB is van mening dat de opleidingsvereisten voor de bijkomende verpleegkundige handelingen manifest ontoereikend zijn om een kwaliteitsvolle zorg te waarborgen. Hierdoor komt niet alleen de medisch-wettelijke verantwoordelijkheid van de verpleegkundigen, onder wiens toezicht zorgkundigen handelen, in het gedrang, ook de volksgezondheid en patiëntveiligheid komen in gevaar. Omdat het bestreden besluit duidelijk onvoldoende kwaliteitsgaranties biedt, dient de koepelvereniging dit verzoek in.

Vijf extra taken

Vandaag mogen zorgkundigen 18 specifieke verpleegkundige handelingen uitvoeren na delegatie door een verpleegkundige. Het gaat bijvoorbeeld over de hygiënische verzorging van patiënten, het meten van de polsslag en de lichaamstemperatuur en preventieve maatregelen om infecties of doorligwonden te voorkomen. Er komen nu vijf specifieke taken bij zoals het toedienen van oogdruppels of het meten van de suikerspiegel of de bloeddruk. Het is de bevoegdheid van de deelstaten om ervoor te zorgen dat vanaf 1 september 2019 de basisopleiding wordt aangepast zodat alle zorgkundigen die in de toekomst afstuderen over de juiste competenties beschikken. Om de bijkomende taken te mogen uitvoeren, zullen de huidige zorgkundigen volgens het nieuwe KB een bijkomende opleiding van 150 uur moeten volgen. De helft van de bijkomende uren kan gebeuren via een praktijkstage. Werkende zorgkundigen die de opleiding niet kunnen of wensen te volgen, kunnen verder als zorgkundige werken maar mogen dan uiteraard de bijkomende taken niet uitvoeren.

Eén beroepstitel, drie soorten zorgkundigen

Het creëren van drie categorieën zorgkundigen (de huidige zorgkundigen met of zonder bijkomende opleiding en de toekomstige zorgkundigen), in combinatie met de ontoereikende opleidingsvereisten, baart de AUVB-UGIB-AKVB zorgen. Het zal voor verpleegkundigen (en zorginstellingen) onmogelijk zijn om op basis van de beroepstitel uit te maken welke zorgen een zorgkundige al dan niet zal mogen verlenen. Met als gevolg veel verwarring en onzekerheid bij de diverse zorgverleners.

De AUVB-UGIB-AKVB stelt ook vast dat voor bestaande zorgkundigen de gevraagde inspanningen en opleidingseisen disproportioneel zwaarder zijn dan voor de nieuwe zorgkundigen. Er werd in het bestreden besluit ook geen enkele overgangsmaatregel voorzien: zelfs personen die een opleiding tot zorgkundige (of het eerste jaar verpleegkunde) volgden in het academiejaar 2018-2019, moeten 150 uren extra opleiding volgen om de bijkomende handelingen te mogen stellen.

Geen uitbreiding van bevoegdheden zonder gepaste opleiding

Deze zeer beperkte uitbreiding/wijziging van de opleidingseisen voor zorgkundigen, is ruim onvoldoende om de zorgkundigen te vormen in de nieuwe verpleegkundige handelingen, die veel complexer zijn dan de handelingen die zorgkundigen voorheen al mochten stellen. Meer zelfs: het brengt de volksgezondheid in het gedrang. Nu al, is de basisopleiding onvoldoende om de vereiste vaardigheden aan te leren!

Reeds voor de totstandkoming van het besluit heeft de AUVB-UGIB-AKVB Minister De Block gewezen op het gevaar voor de volksgezondheid als zowel de huidige als de toekomstige zorgkundigen geen adequate opleiding krijgen om de vaardigheden te verwerven die nodig zijn voor de handelingen die hun zijn toevertrouwd. Hierin gesteund door de Technische Commissie voor Verpleegkunde (TCV) en de Federale Raad voor Verpleegkunde (FRV). Deze twee instanties zijn immers duidelijk: opdat zorgkundigen de bijkomende verpleegkundige handelingen zouden mogen stellen, dient enerzijds de bestaande opleiding substantieel te worden verhoogd/verlengd en anderzijds het functioneringsniveau van de huidige zorgkundige te worden verbeterd. Uiteindelijk zouden we moeten komen tot een tweejarige opleiding na het secundair onderwijs van 1280 uren.


Future of Nursing: improving health, driving change

“Future of Nursing: improving health, driving change”

Op donderdag 30 november en vrijdag 1 december 2017 vond in Brussel het symposium plaats “Future of nursing: improving health, driving change: een toekomstgericht visie op verpleegkunde”.

De aanleiding van het symposium was de perspectieve van hervorming van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen dat na vijftig jaar zou plaats maken voor een nieuw wettelijk kader dat de verdeling van de bevoegdheden van de diverse zorgverstrekkers binnen de gezondheidszorg zal hertekenen.

De focus van deze studiedag lag op het verpleegkundig zorgdomein. publicatie van het  wetenschappelijk rapport “Future of nursing- driving change” dat werd opgesteld naar aanleiding van de Trefpunt Verpleegkundige 2017 (Sermeus W., Eeckloo K., Van der Auwera C., Van Hecke A. (2018) « Future of Nursing:
improving health, driving change »: Lessen uit de internationale literatuur en studiedagen 2017», FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en
Leefmilieu, 26b.
)

In dit rapport schetsen we in een eerste deel de ontwikkelingen binnen de verpleegkundige opleiding en het beroep. In tweede instantie wordt stilgestaan bij de voornaamste conclusies uit het symposium en de workshops om van hieruit een aantal aanbevelingen voor de toekomst te formuleren.


Persbericht - Wetsvoorstel tot Wijziging van Verpleegkundige Handelingen die uitgevoerd worden door Zorgkundigen

Persbericht – Wetsvoorstel tot Wijziging van Verpleegkundige Handelingen die uitgevoerd worden door Zorgkundigen: Het Verborgen Deel van de Ijsberg

Brussel, 11 december 2018

Op 5 december 2018 werd  de Algemene Unie van Verpleegkundigen van België (AUVB-UGIB-AKVB) uitgenodigd voor een onderhoud met het kabinet van minister van volksgezondheid Maggie De Block. Tijdens die vergadering presenteerde het kabinet hun wetsvoorstel omtrent de uitbreiding  van verpleegkundige handelingen, met name technische verpleegkundige handelingen, die gedelegeerd worden aan zorgkundigen. De AUVB-UGIB-AKVB kreeg van het kabinet op voorhand geen enkel werkdocument omtrent het wetsvoorstel. Hierdoor kon onze organisatie geen duidelijk advies formuleren.

Dit wetsvoorstel wijzigt het KB van 12 Januari 2006 dat de verpleegkundige handelingen vastlegt die door zorgkundigen uitgevoerd mogen worden en de omstandigheden waarin de zorgkundigheden deze handelingen mogen verrichten. Concreet betekent dit dat de huidige basisopleiding voor zorgkundigen wordt aangevuld met 150 uur extra opleiding. Deze zorgkundigen zullen zo dus bepaalde verpleegkundige activiteiten onder het toezicht van verpleegkundigen kunnen uitvoeren.
Het ontwerp tot wijziging van het KB zoals het vandaag gepresenteerd wordt is onaanvaardbaar. De AUVB-UGIB-AKVB verwerpt dit wetsvoorstel omdat het niveau van de bijkomende  opleiding voor zorgkundigen, zoals voorgesteld in dit wetsvoorstel, zwaar onvoldoende is om de kwaliteit van de zorg en de veiligheid van de patiënt te waarborgen.

Het delegeren van verpleegkundige handelingen vereist dat zowel de huidige als toekomstige zorgkundigen de nodige competenties en kwalificaties bezitten om deze handelingen uit te voeren onder de verantwoordelijkheid van verpleegkundigen. Een geschikte opleiding houdt in dat de kennis van theoretische en praktische aspecten, verbonden aan de verschillende toevertrouwde handelingen, door de zorgkundigen wordt beheerst.

Zonder deze opleiding die bewijst dat de zorgkundigen de vereiste competenties verworven hebben is het voorstel van het kabinet omtrent de uitbreiding van handelingen gedelegeerd aan zorgkundigen, gevaarlijk.

Naast technische handelingen blijven kennis en inzicht in een verpleegkundige handeling van
primordiaal belang. De AUVB-UGIB-AKVB sluit zich aan bij de Federale Raad voor Verpleegkunde (FRV) en de Technische Commissie voor Verpleegkunde (TCV), die het wetsvoorstel evenmin goedkeuren.

Wij herinneren er aan dat de FRV en de TCV  officiële adviesorganen zijn die als taak hebben de ministers (van gezondheidszorg, van
onderwijs) advies te verlenen waar de ministers (logischerwijze) rekening mee zouden moeten houden. In juli 2016 liet de minister van volksgezondheid het “eensluidend advies” van de TCV intrekken. Daarbij merkte de minister op dat sommige koninklijke besluiten volgens “eensluidend advies” behandeld worden, dit wil zeggen met de verplichting om het advies volledig na te leven. De huidige opheffing van die verplichting dreigt te leiden tot afwijkingen en een achteruitgang van ons gezondheids- en zorgstelsel.

De Algemene Unie van Verpleegkundigen van België vraagt dat de uitbreiding van  handelingen die gedelegeerd worden aan zorgkundigen gepaard gaat met een opleiding van 1280 uren (cfr. het advies van de FRV) die leiden tot een nieuwe titel, een nieuwe functie en een gepast barema (dat door
het IFIC in aanmerking genomen moet worden)

De AUVB-UGIB-AKVB ondersteunt het advies van de FRV. Indien de minister geen gevolg geeft aan dit advies, is onze stellingname om niets te wijzigen aan de handelingen of titel van de huidige zorgkundigen.

De AUVB-UGIB-AKVB waarschuwt politici, werknemers in de gezondheidssector en de bevolking. Onze organisatie dringt er bij de minister van Volksgezondheid op aan om voorzichtiger te handelen en om belanghebbende partijen te raadplegen.

Medi-Sfeer en Het Laatste Nieuws publiceerden elk een artikel op basis van dit persbericht.


Projectoproep om de gezondheidsvaardigheden te versterken

Projectoproep om de gezondheidsvaardigheden te versterken

De projectoproep van het Fonds Dr. Daniël De Coninck, beheerd door de Koning Boudewijnstichting, is gericht naar organisaties uit het middenveld, (sociale) ondernemers, eerstelijnsprofessionelen, patiëntenverenigingen, e.a

Zij kiezen zorgvuldig op welk(e) niveau(s) ze willen ingrijpen om de gezondheidsvaardigheden te versterken. Ze maken die keuze in functie van de behoeften van hun doelgroep, de beschikbare middelen en de beschikbare competenties.

Meer informatie over het indienen van een projectvoorstel kan u hier vinden.


Nieuwe Film over Verpleegkundigen

Nieuwe Film over Verpleegkundigen: De Chaque Instant

Op 5 december komt deze mooie documentaire over studenten die de opleiding verpleegkunde in Frankrijk volgen in de Belgische zalen. Wij bevelen deze film, gemaakt door Nicolas Philibert, van harte aan.

U kan deze film  bekijken in o.a cultureel centrum Flagey (Heilig Kruisplein, 1050 Brussel). Een trailer met ondertitels in het Nederlands kan u bekijken via de website van cineart.


Eerstelijnsorganisaties en Minister Vandeurzen geven Samenwerking rond Medicatieschema een Duw in de Rug

Eerstelijnsorganisaties en Minister Vandeurzen geven Samenwerking rond Medicatieschema een Duw in de Rug

Op 14 november 2018 overhandigden enkele koepelorganisaties uit de eerste lijn een visienota aan de minister. Het gaat om éénlijn.be, Domus Medica, VAN, Huis voor de gezondheid, Kartel Zelfstandige Thuisverpleging, eVita thuisverpleging, Wit-Gele Kruis en het Vlaams Patiëntenforum.

In deze nota wordt ingegaan op de rol van de huisarts, (huis)apotheker, thuisverpleegkundige en patiënt in het proces rond delen en beheren van een medicatieschema. De eerstelijnsorganisaties en het Agentschap Zorg en Gezondheid geven met deze nota het signaal dat zij zich blijvend willen inzetten om gegevensdeling onder zorgverleners op verschillende manieren te faciliteren.
Dhr. H. Van Gansbeke (NVKVV) en Mevr. C. Van Cante (Mederi), beide via hun respectievelijke organisaties lid van AUVB-UGIB-AKVB, waren aanwezig bij deze overhandiging.

De volledige nota met bijhorende slides kan u hier lezen


News: AUVB-UGIB-AKVB in de Pers

News: AUVB-UGIB-AKVB in de Pers

Deze week verschenen verschillende artikels rond het onderwerp Verpleegkundig Specialisten in de pers

De voorzitter van onze organisatie – Dhr. Yves Mengal – wordt geciteerd in de editie van La Libre Belgique op 13 november 2018.

Een tweede artikel over Verpleegkundig Specialisten (VS) verscheen in SudinfoVia die nieuwssite worden zowel Dhr. Mengal als Mevr. Lieve Goossens, voorzitter van de Belgische Vereniging voor Verpleegkundig Specialisten geciteerd.

Platform 7sur7 wijdde ook een artikel aan dit onderwerp: Lees verder


Persbericht over het Wetsontwerp rond de Ziekenhuisnetwerken

Persbericht over het Wetsontwerp rond de Ziekenhuisnetwerken

Op 12 november 2018 bracht AUVB-UGIB-AKVB een persbericht uit omtrent het wetsontwerp voor de ziekenhuisnetwerken.
Dit wetsvoorstel bespreekt de wijziging van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, wat de klinische netwerking tussen ziekenhuizen betreft. Dit voorstel voorziet minimale vereisten op het vlak van bestuur, namelijk dat het locaal-regionaal klinisch ziekenhuisnetwerk over een eigen beheersorgaan dient te beschikken, evenals over een hoofdarts voor het eerder genoemde netwerk.

De voorzitter en een coördinator van het AUVB-UGIB-AKVB hebben de visie op het verpleegkundig beroep voorgesteld tijdens de hoorzitting van de commissie volksgezondheid van de Kamer van Volksvertegenwoordigers op 6 november. De AUVB-UGIB-AKVB ondersteunt het principe van de klinische ziekenhuisnetwerken volgens een lokale, regionale en supranationale aanpak, met het oog op de rationalisering van de ziekenhuisstructuren, zoals voorgesteld in het wetsontwerp van minister Maggie De Block.

Echter, de AUVB-UGIB-AKVB vraagt dat het verpleegkundig beroep wordt vertegenwoordigd binnen de toekomstige ziekenhuisnetwerken en dit op gelijk niveau als de medische beroepssector; wij verwachten dat er bij de oprichting van deze klinische ziekenhuisnetwerken een verplichting komt om raden van lokale verpleegkundigen op te richten en dat een functie van “hoofdverpleegkundige voor het netwerk” in het leven geroepen word. De verpleegkundige raad van het lokaal-regionaal klinisch ziekenhuisnetwerk evenals de hoofdverpleegkundige van het netwerk moeten over dezelfde prerogatieven beschikken als de medische raad en de hoofdarts van het netwerk.

Wij verwachten eveneens dat in het toekomstig wetsvoorstel tot wijziging van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, wat betreft het klinisch netwerken tussen de ziekenhuizen, de term “medisch” systematisch vervangen wordt door de termen “medisch en verpleegkundig” en dat de term “medische raad” wordt vervangen door “medische en verpleegkundige” raad.

Niet de structuren maar wel de kwaliteit, kwalificatie en competentie van de betrokken gezondheidswerkers maken de kwaliteit van de zorg uit.

U kan het volledige persbericht hier raadplegen